5 tips voor een ijzersterke projecttekst

IMG_20190318_2

Eindelijk is het zo ver: na jaren van schetsen, aanpassen, uitwerken en weer aanpassen is je ontwerp eindelijk opgeleverd. Nu is het tijd om het resultaat aan de grote klok te hangen. Je zet het project op je website, stuurt een persbericht rond en brengt het onder de aandacht bij jaarboeken en awards. Natuurlijk laat je eerst mooie foto’s maken, maar een heldere, overtuigende projecttekst is minstens zo belangrijk. Hier volgen een paar tips:

1. Hou het kort
De gemiddelde lezer heeft de aandachtsspanne van een goudvis. Maak je verhaal daarom niet te lang. Voor een webtekst is een lengte van ± 500 woorden ideaal. Beschrijf alleen de hoofdlijnen van je ontwerp. We zijn niet geïnteresseerd in het straatsteenverband of de vorm van een plantvak, tenzij dit cruciaal is voor je concept.

2. Begin met de kernboodschap
Het is belangrijk om direct de aandacht van de lezer te wekken, anders haakt hij af. Begin de projecttekst daarom met een korte intro, waarin je de kern van het project benoemt. Vertel wat de opdracht was en wat er zo bijzonder is aan jouw ontwerp. Kortom: waar gaat deze tekst over en waarom moet ik verder lezen?

3. Zorg voor een heldere opbouw
De luie lezer moet de strekking van je verhaal eigenlijk al begrijpen door de tekst vluchtig te scannen. Bouw de tekst op uit korte alinea’s met een duidelijke tussenkop. Beantwoord 1 vraag per alinea. Bijvoorbeeld: Welk probleem moest er opgelost worden? Hoe zag de uitgangssituatie eruit? Welke uitdagingen kwam je tegen? Hoe heb je het probleem opgelost?

4. Show, don’t tell
Deze tip wordt vaak gegeven aan fictieschrijvers, maar geldt eigenlijk voor elke tekst. Schrijf niet: ‘Het personage was verdrietig,’ maar: ‘Het personage zat in joggingbroek op de bank, omringd door lege chipszakken en gebruikte zakdoeken.’ Vertel in je projecttekst dus niet alleen dat het ontwerp aansluit op de omgeving, maar liet zien hoe.

5. Vermijd jargon
Zelfs als je voor vakgenoten schrijft, moet je onnodig vakjargon vermijden. Het verhaal wordt er niet helderder op als je schrijft: ‘De structuurdrager wordt begeleid door een familie van hoogwaardig straatmeubilair en vindt zijn beëindiging in een contrapuntisch accent, waarmee het de verankering in en leesbaarheid van het landschap borgt.’ Jip en Janneketaal is niet nodig, maar maak het niet ingewikkelder dan het is.